Blauwe maandagen

Weblog opdracht 3

1. Het leek me wel een interessant boek om te lezen omdat ik er ook al een beetje over had gehoord en hij op de lijst stond van de boeken die ik mocht lezen en het is een titel met veel betekenissen.

2. Het boek gaat over Arnon Grunberg die opgroeit  in een Joods gezin. Zijn vader had altijd veel geld alleen was het altijd een raadsel waar hij dat geld vandaan haalde. Zijn vader zegt zelf dat hij in postzegels handelt alleen is dit nooit aangetoond. Op een moment gaat zijn vader dood. Hij is gestikt in een papje, waardoor zijn moeder zich schuldig voelt omdat zij hem altijd te eten gaf. Rosie is het eerste en laatste vriendinnetje van Arnon. Zij gingen voor het eerst met elkaar naar bed toen hij 16 jaar was. Jaren gaan voorbij en hij begint steeds meer te drinken. Op een gegeven moment gaat hij naar bed met een prostituee genaamd Tina. Hierna volgen meerdere bezoeken aan prostituees en laat hij escortmeisjes bij hem thuiskomen. Uiteindelijk besluit hij zelf bij een escortservice genaamd 'Blue Moon' te gaan werken. Rosie is het enige meisje waar hij een langere tijd mee samen is.

3. Het thema van dit boek is kortstondigheid. Alles in het verhaal is in een aaneen geregen gebeurtenissen.
Het hele leven van de hoofdpersoon is kortstondig; de relatie met zijn vader, hoelang hij op Vossius verblijft, z'n relatie met Rosie, de tijd dat hij baantjes heeft. (Blz 65.) Of hoe kort hij steeds met een meisje is (Blz 245) met steeds weer andere meisjes.



4. De hoofdpersoon zit niet echt gelukkig in zijn vel , hij is op jonge leeftijd zijn vader verloren en met zijn moeder heeft hij niet echt een goede band. Verder ziet hij er ook niet mooi uit, hij heeft veel puisten en een erg opvallende grote neus. Hij probeert doelen te achterhalen alleen lukt dit hem niet echt goed. Hij is joods en drinkt veel en gaat naar de hoeren. Verder wordt pas tegen het eind uitgelegd hoe hij eruit ziet want in het begin praat de hoofdpersoon als in de 'ik'vorm. Ik zie mezelf niet in hem terug, want ik voel mezelf gelukkig en heb een goede band met allebei mijn ouders, maar ik snap wel waarom hij zich zo gedraagt. Hij voelt zich namelijk verdrietig en eenzaam en hij zoekt aandacht. 

5. Het boek wordt verteld in de 'ik' vorm, daardoor lijkt het net als alsof je het zelf bent. Het is net alsof je zelf een gesprek met iemand aangaat en je een praatje met mensen maakt. "Ik ging maar naar binnen bij Rosie" (Blz 87) het perspectief verandert niet door het hele boek heen. Als Arnon tegen zichzelf praat lijkt het net alsof hij tegen de lezer praat.

6. Tijdens het lezen werd ik soms een beetje verdrietig ik had tijdens het lezen pas echt door hoe belangrijk je ouders voor je zijn en hoeveel mazzel je mag hebben dat je een gelukkig leven hebt. Ik vond het wel de hele tijd een spannend verhaal omdat hij alles zo precies  verteld.



7. Wees blij met je leven en probeer de leuke kanten van het leven te zien en niet alleen maar de slechte, en probeer jezelf niet naar beneden te halen.
Dit is mijn moraal en het past goed bij het boek vindt ik.

8. In periode 1 heb ik terug naar de kust van Saskia Noord gelezen. Dat boek is in een heel andere stijl geschreven dan dit boek toch zit er nog wel een zelfde soort spanning in en is het allebei leuk om te lezen. Ook zijn de thema's anders en is dit boek in de 'ik' vorm geschreven en terug naar de kust niet.

In periode 2 heb ik de donkere kamer van Damocles gelezen. Dit boek was wel wat meer in dezelfde stijl als dit boek geschreven alleen vond ik dat boek toch niet leuk om te gaan lezen.

9.
- Hoe zou jij je gedragen als op het moment dat je te weten komt dat je vader dood is (noteer wat je anders zou doen als de ik persoon)
-Wat zou je anders doen als je Arnon was waardoor je leven niet in een drama zou verlopen?